Rondom het stadion was het nu een verkeersdrukte van belang. Een schril contrast met twee jaar geleden toen de Albanese autoriteiten de hele binnenstad autoluw hadden gemaakt.
Rondom het stadion, dat voor eeuwig een kras op mijn ziel heeft gemaakt, herinnerden nog slechts flarden aan de eerste conference League finale ooit. Her en der waren de levensgrote posters in het groen en zwart nog aanwezig. Op de rug van de stewards prijkte de afbeelding van de beker die we (nog niet) wonnen.
Ik verwachte een opgefokte sfeer bij de derby van Tirana maar daar was buiten het stadion niet heel veel van te merken. Er was wat vuurwerk maar rood en blauw liepen dwars door elkaar heen.
De blauw uitgedoste ultra’s van FK Tirana namen ruim voor de aftrap hun plaatsen in op de vakken die in mei 2022 voor ons waren. De roden van Partizani de kant waar de Romeinen zaten. Opvallend was dat beide korte zijdes op de onderste ring nu veranderd waren in staanplaatsen. Iets wat de uefa bij internationale wedstrijden niet toe zou staan.
Het stadion was niet uitverkocht maar de sfeer was er niet minder door. Bijna de hele tweede helft keek ik naar het doel waar destijds de bal er voor ons maar niet in wilde. Zelfs de grote kansen in de slotfase niet toen Feyenoord aandrong en Roma deed wankelen.
Nodeloos om te zeggen dat dit nu wel gebeurde. Alsof de voetbalgoden het mij extra wilde laten weten dat deze wond nog lang niet geheeld kan worden.