‘Zijn we in Griekenland?’ Bastiaan kijkt vanachter zijn flesje sinas mijn kant op. ‘De muziek klinkt namelijk net zoals in Griekenland.’ Ik vertel hem dat Griekenland onder Macedonië ligt maar daar kijkt hij vreemd bij op. ‘Niet eronder qua eronder, maar eronder op de wereldbol.’
Bij de ober parelen de zweetdruppels langs zijn gezicht. Zijn restaurant zit onverwacht voller dan verwacht vermoeden wij. Er loopt iemand weg zonder voor zijn kop koffie te betalen en er valt een kind van een stoel. De ouders kijken niet op of om.
De mensen naast ons sturen een gerecht terug naar de keuken. Blijkbaar smaakt het niet zoals bij moeders thuis. Wij vonden het de vorige keer erg lekker hier, vandaar dat we nu al terug zijn. Iets wat we niet vaak op vakantie doen. Meestal proberen we iedere dag wel een ander restaurant uit.
Bastiaan zit nog vol van de chips en dus maakt het niet uit dat het meer dan een uur duurt voordat ons eten arriveert. Ondertussen doen wij ons te goed aan een biertje en een mastika. Bastiaan tekent ondertussen de briefjes van 10 denar na in zijn kladblok. Hij wil ze gaan uitknippen en gebruiken om te betalen.
Er staat een man op in wie wij de, nogal slechte, poppenspeler op de boulevard herkennen. Gistermiddag stonden er mensen in pakken die een ninja-turtle, hello Kitty en Roodkapje moesten voorstellen. Wij zagen een gemuteerde kikker, een schriele poes en een angstaanjagend meisje met grote ogen.
Een andere ‘straatartiest’ is een nogal zielig ogende clown. Bij het lansglopen zien we een paar blikken bier verborgen achter zijn doos met ballonnen, een sixpack om de avond door te komen. Het eten smaakt overheerlijk en als we in ons hotel terugkomen blijkt een Kroatische zender die we hier kunnen ontvangen Feyenoord live uit te zenden. Als Dirk Kuyt zijn penalty binnenschiet ligt Bastiaan te dromen. Over schildpadden en Griekse muziek. En over valse briefjes van 10 denar.