De eerste spits die ik in het mooie rood en wit zag spelen was John Eriksen, hij verloor prompt de eerste wedstrijd waar ik bij was. Het had een voorbode moeten zijn, hoe heb ik die tekenen kunnen negeren? Waarschijnlijk blinde liefde voor de club.
In die dertig jaar die erna volgde heb ik behoorlijk wat spitsen aan het werk gezien. De een wat beter dan de andere (eufemisme-alert). In de film (of de serie?) All Stars maakten ze er een spelletje van om zoveel mogelijk mislukte Feyenoord-spitsen op te noemen.
Ik durf wel te zeggen dat ik er in die dertig jaar tijd een boel van heb zien spelen. Maar het zou te makkelijk zijn om de schuld in de schoenen van de spitsen te schuiven. Ook op de vleugels hebben we wel wat koekenbakkerTs gehad in de jaren dat ik naar De Kuip ga.
Op onze huidige spits is veel kritiek. Maar hem simpelweg vergelijken met het handjevolle écht goede aanvallers dat we door de jaren heen gehad hebben (o.a. Pelle, Cruz, de broers Kalou, Van Hooijdonk, Kuyt, Kiprich, Wlodi Smolarek, Van Persie en Tomasson) is te makkelijk. De Kuip was eens te meer een decor van erg matige aanvallers. Wat te denken van het rijtje spelers hieronder dat ik met (pijn in eigen) ogen aan het werk heb gezien?
Mark Farrington, Stanislav Griga, Marian Damaschin, Jhon van Beukering, Ali Boussaboun, Mariano Bombarda, Stefan Babović, Angelos Charisteas, Sekou Cissé, Georgi Demetradze, Lars Elstrup, Kermit Erasmus, Glaucio, Rene Hofman, Stein Huysegems, Tomasz Iwan, Joonas Kolkka, Aurelio Vidmar, Glenn Kwidama en Radoslav Samardžić. En geloof me, de lijst is nog veel langer (scroll eens door deze trip down memory lane).
Er zijn ook wat speler die het voordeel van de twijfel verdienen, of beter gezegd spelers die wel hun bijdrage hebben geleverd aan een collectieve prestatie maar die verguisd werden door de buitenwacht. Marian Damaschin was misschien een matige voetballer. Maar hij scoorde wel mooi in ‘De Klassieker van Taument’. Korneev was wél een goede voetballer maar had de pech dat er betere spelers voor hem in de pikorde stonden. Connolly was de grote kleine man bij de 3-4 en Pablo Sánchez was gewoon een goede voetballer. John van Loen maakte belangrijke goals bij mijn eerste kampioensseizoen. En zo zijn er nog tal van voorbeelden te noemen zoals David Mitchell en natuurlijk Mike Obiku (ow-ooh). Piet Keur is een cultheld, daar blijven we sowieso van af.
In welk rijtje Colin Kâzım-Richards terecht komt kan hij zelf bepalen. Als hij morgenavond de winnende goal in een kolkende Kuip scoort ligt de weg naar onsterfelijkheid open. Mist hij weer opgelegde kansen dan is ie een koekenbakkerT die er niks van kan. Zo dun is de scheidslijn. Maar laten we het niet op het de spits drijven.
Ja winnen moet morgen gewoon maar of Kazim daarbij een rol speelt betwijfel ik. Hij had een hele goede shorttracker geweest zo vaak gaat hij met zijn handen naar de grond. 🙂 Echt op de juiste plek staat hij ook nooit en opgelegde kanzen mist hij. Nee een echte goaltjesdief hebben we lang niet meer gehad alhoewel Pelle in de buurt kwam. Een spits uit eigen jeugd kunnen die niet scoren dan? Het gaat al jaren niet echt lekker met de Feyenoord spitsen dus opleiden en inzetten die jonge spits. Fijne wedstrijd