Alle kinderen in de buurt hielpen mee met zoeken. Op plaatsen waarvan ik zeker wist dat Lotus, onze poes, nooit zou zitten.
Maar dat ‘nooit’ daar durfde ik nu mijn hand niet voor in het vuur te steken. We kwamen pas achter absentie toen we aan het eten waren. Sandra had een stuk vlees op de barbecue bereid en quasi-grappig vroeg ik waar Lotus was gebleven. Dat leverde een ongemakkelijke stilte op want normaal gesproken staat mevrouw klokslag half zes naast me voor haar eten. Maar in deze quarantaine tijden vaak al een uur eerder, we zijn toch thuis.
En misschien was dat wel de reden van haar eenmalige weglopen geweest. Toen we haar vonden (op het dak van een schuurtje waarvan ik zeker wist dat ze daar nooit zou zitten) sloeg ze na een intense knuffel van Bastiaan nauwelijks acht op haar brokjes en ging haar eigen ding doen.
Volgens mij wil ze gewoon dat alles weer normaal is en wij naar school en kantoor gaan. Dan kan ze eindelijk weer eens gaan liggen op plekken waar het eigenlijk niet mag.