Gesproken column voor de podcast Geluid van Zuid.
Gewoon, kampioen worden. De supporter voor de camera van RTV Rijnmond sprak de woorden op de Open Dag van Feyenoord uit met een achteloosheid of titels een vanzelfsprekendheid in De Kuip. Let wel, deze woorden sprak hij niet uit in de afgelopen zomer toen de confetti van de laatste titel nog op de Coolsingel waarneembaar was.
Nee, dit was in een periode dat de selectie bestond uit spelers als Verhoek, Wilkshire en Bilal. De man keek er nogal serieus bij en ik vroeg me af in welk parallel universum hij leefde. Hij leek me eerlijk gezegd geen trouwe Kuip-ganger maar helemaal achterlijk was hij toch ook niet. Zelfs in de samenvattingen van Studio Sport was het voetbal niet om aan te zien en de mogelijkheid om het makkelijk te bewerken met AI bestond toen nog niet.
Ik hoopte met hem mee. Hoop op betere tijden. Maar zoals de Engelsen het altijd treffend weten te zeggen “it is the hope that kills you”. In het Nederlands zoiets als ‘hoop is uitgestelde teleurstelling’.
Ook ik wentelde me in het grote lijden. En als we niet de beste op het veld waren? Nou, dan waren we in ieder geval de gekste op de tribune. Wat er gevierd werd waren verjaardagen van het stadion, de club en prijzen uit het verleden. Als surrogaat voor het echte werk.
Terwijl ik dit schrijf doet Feyenoord op drie fronten mee. Het voetbal is het beste voetbal sinds het gouden elftal uit 1970 en wellicht nog wel beter, al kun je die periodes niet met elkaar vergelijken. En terwijl we eerst hoopten op winst, of uberhaupt een goed resultaat zit de grootste teleurstelling er tegenwoordig in dat we zelfs na een midweekse ronde nog zo lang moeten wachten tot het weer weekend is en we eindelijk Feyenoord weer kunnen zien spelen.
We hopen nu dat de dagen maar zo snel mogelijk voorbij gaan. Gewoon, richting weer een prijs.