Afgelopen dinsdag klonk er een zucht van verlichting in veel Nederlandse huishoudens. Het zou toch niet gaan gebeuren dat onze Zuiderburen daadwerkelijk kans zouden maken op de wereldtitel? Nederland verloor drie finales en het schrikbeeld dat België Wereldkampioen zou kunnen worden in hun eerste finale ooit zorgde ervoor dat er mensen al bezig waren met het uitstippelen van alternatieve routes voor de komende zomervakantie. Het begin richting de route du soleil zou dan voortaan via Duitsland lopen.
Ik had hetzelfde afgelopen woensdag. Natuurlijk gunde ik Engeland, en de vele Engelse vrienden die ik heb, de wereldtitel maar diep in mijn hart hoopte ik op een Kroatische overwinning. Waarom? Het is puur eigenbelang. Engels voetbal is voor mij de lagere divisies, krakkemikkige stadions (dat worden er steeds minder), een pukka pie en sloten bier in een social club vol ouden van dagen.
Een wereldtitel zou niet alles veranderen op het eiland maar wel veel. Ik wil op bezoek gaan in een land dat vaak net-niet is, een land dat hoopt tegen beter weten in (herkenbaar Feyenoorders?). Noem het de kift dat ik het ze het niet gun of misschien zelfs kleinzielig. Een psychiater zou het de ‘pijn’ van een verloren WK-finale noemen. En dan ben ik niet eens een echte fan van Oranje.
Zondag juich ik voor de Kroaten. Al is het maar omdat ik daar zelden door heen rijd. En natuurlijk vanwege die geweldige shirts. En vooruit, ze hebben er ook nog eens lekker bier.