Met zijn handen in zijn zakken stond Gerrit aan de rand van het trainingsveld te kijken. Het miezerde en Gerrit dook verder weg in zijn jas. Voor een woensdag in mei was het koud. Hij trok zijn pet iets verder over zijn oren en staarde naar de gedaanten op het veld voor hem.
De selectie had er duidelijk geen zin in, de competitie was al afgelopen en de laatste trainingen voelden aan als een verplichting. Bij de zoveelste misser tijdens deze oefening slaakte hij een zucht van ergernis. Uit de kantine kwam een gestalte tevoorschijn met twee bekertjes koffie in zijn hand.
De stem van Hans rolde over het trainingsveld heen ‘kejje gofferdorie niet mikken man! Wel zeuren in de krant over een nieuw contract maar een bal op het doel schieten, ho maar.’
Gerrit moest lachen om de reactie van zijn boezemvriend, en hij had nog gelijk ook. De meeste spelers verdienden in een maand een bedrag wat Gerrit en Hans in hun hele leven nog niet bij elkaar verdiend hadden. En ondertussen maar klagen in de pers over nieuwe contracten. Gerrit begreep dat sommige van de spelers op een bepaalde website hun nieuwe auto en tatoeages showden voor een ieder die daar interesse in had. Instagram ofzo, hij las er steeds vaker over in de krant.
Niet de papieren versie maar de krant op zijn IPad. Van zijn spaargeld had Gerrit zo’n apparaat gekocht. Hij kon op die manier de krant lezen, zijn puzzeltje maken en was op de hoogte van het laatste nieuws van zijn club. Ook hij las alle geruchten en transferperikelen. Snappen deed hij het niet. Ze verdienden hier bakken met geld en toch leken al die jonge gasten ontevreden. Hadden zij maar een vrouw zoals Mien gehad, die had ze met beide benen op de grond gehouden. ‘Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg’ was op weinig mensen zo van toepassing geweest dan op zijn te vroeg overleden vrouw.
Het begon steeds harder te regenen en de ballen vlogen steeds verder naast het doel. Wat was het nut van zo’n laatste training nu helemaal? Niemand had er nog zin in. Een half uur eerder dan gepland werd de training stilgelegd en liepen de spelers drijfnat van het veld langs Gerrit en Hans. Op het moment dat de aanvoerder passeerde vroeg Hans aan hem of hij volgend seizoen nog steeds in dit shirt te bewonderen viel. Er volgde een ontwijkend antwoord en Gerrit en Hans wisten voldoende.
Wie er het volgende seizoen ook op het veld stonden. Gerrit en Hans zouden er zeker zijn. De spelers waren maar passanten, de trouwe fans waren de kurk waar de club op dreef. Op het moment dat het begon te onweren was het trainingsveld leeg. Onder een afdakje stonden twee gestalten met een bekertje koffie in hun hand.