De groep fietsers bewoog zich als een slang door de stad. Door het uitvallen van de metro en het niet rijden van de trein leek het wel drukker dan ooit op het fietspad van Kuip naar huis.
Om ons heen ving ik flarden van gesprekken op. Had Wieffer die bal nou maar gemaakt, waarom speelde Zerrouki nu wel hoe zou het met Hartman gaan. Een groep vrienden zette koers richting Bokaal en her en der waren de eerste lachsalvo’s alweer te horen.
Na het Hofplein, waar we een half jaar geleden nog huilend van geluk de landstitel vierde, gebeurde iets waardoor mijn irritaties vanuit De Kuip in een keer terug waren.
Bij het kruispunt waar vroeger het Feyenoord-café Schieland zat stond een man bij het stoplicht te wachten. Hij zag mijn rood-witte shawl en zei ongevraagd en uit het niets ‘daar gaat je seizoen’ tegen ons.
Waarschijnlijk was de man zelf ook een Feyenoorder. Niet op weg vanuit het stadion maar vanuit de kroeg of zijn huis waar hij in ieder geval de uitslag had meegekregen.
Het woorde ‘je’ in zijn zin triggerde me. Je seizoen? Het is toch nog steeds gewoon ons seizoen, ons Feyenoord?
Ik dacht terug aan een aantal jaar terug toen ik een groep pensionado’s in de Oude Haven tegen het lijf liep. Een man die in de verte wat van Gerard Cox weghad beet me toe dat ik mijn Feyenoord-shirt net zo goed uit had kennen trekken maar zo slecht ging het toen helemaal niet. Een paar weken later wonnen we de beker en een jaar later de titel met Dirk na 18 lange jaren wachten. .
Ik vroeg me destijds af of Rotterdam wel onvoorwaardelijk van zijn club houdt? Een gedachte die me zondag weer bekroop.
Zouden die pensionado’s en de man bij het stoplicht in mei op de Coolsingel staan als we met de UEFA-Cup uit Dublin terugkomen. Waarschijnlijk wel en daar las ik laatst een treffende omschrijving voor : Supportunisme.
Leuk stukje weer Jeroen.
Mooi
Cheers Harold.