Het overhoren van Bastiaan zijn topografie is nog het meest dichtbij vakantie dat we dit jaar gaan komen. Bangkok wist hij uiteraard zo aan te wijzen maar ook bij de Amerikaanse steden moest ik zelfs even stiekem spieken.
Bij sommige plaatsen waren de ezelsbruggetjes makkelijk te vinden. Vooral landen en steden die elkaars aartsvijand zijn (Bagdad en Teheran) gaan er redelijk eenvoudig in bij een elfjarige. Vijanden is iets waar hij dagelijks mee bezig is in bepaalde spelletjes.
De Sahara ligt in een warm gebied en in Siberië is het koud. Als er ik over nadenk had ik daar wat met het woord beer kunnen doen. Maar dat was niet nodig.
Cairo en de Nijl waren eenvoudig, met dank aan de Pyramides en de drie Indiase steden was het ezelsbruggetje dat Mumbai aan de zee en dus een baai lag. Dat viel allemaal wel te onthouden.
De lastigste bleef toch echt Santiago te zijn. De Chileense hoofdstad wilde er maar niet in. En toen viel me op hoe langgerekt en dun Chili is, met een beetje fantasie lijkt het op een chilipeper. Vlak voordat Bastiaan naar school moest liet ik hem een peper zien die op het aanrecht lag.
Zonder aarzelen antwoorde Bastiaan Santiago. Ik heb alle vertrouwen in de toets van vanochtend.