Normaal gesproken laat ik alleen scholieren, Poolse bouwvakkers en de leraren van de lagere school voor bij de kassa. Ze hebben meestal haast gezien de lengte van hun pauze en ik meestal niet. Verrassend genoeg zit er doorgaans weinig verschil in hun aankopen. Een blikje red-bull en een kaascroissant.
Dit keer was het later op de dag en een andere supermarkt. De dame achter me had haar handen vol aan zakken met koffiebonen en haar gebrek aan een mandje deed me besluiten haar voor te laten. Een beetje hoffelijkheid kan geen kwaad en ik was net langs het schap met chocomelk gekomen waar iemand ‘O Arne’ had gemaakt met de letters op de pakken.
Het voelt in en rondom Rotterdam de laatste weken sowieso al als de summer of love en aan ons goede humeur lijkt geen einde te komen. De dag ervoor draaide een feest waar met de nodige scepsis naar gekeken werd uit op een triomftocht.
Alle gedachten aan een republiek smolten als sneeuw voor zelfs dit magere zonnetje in april weg toen Máxima met een Feyenoord-shawl om ietwat bekakt zei dat ze ook voor Veijeneurd was.
De dame die ik voor had gelaten leek niet echt op Máxima maar gaf me wél haar voetbalplaatjes. Eenmaal thuis werden ze door zoonlief opengescheurd op zoek naar Geertruida. Op het eerste plaatje stond echter Arne Slot.
Toeval? Nee, daar geloven we hier niet meer in.