Na 18 kilometer stond ik stil in een weiland met uitzicht op de spoorbrug Oosterbeek. Zelfs zonder al teveel fantasie leek hij van een afstand wel op de John Frost-brug maar die lag toch echt nog 10 kilometer lopen verder.
Later zag ik op Strava dat mijn hartslag van gemiddeld 145 ineens een sprong maakte naar 170. Vanuit de beschutte bossen het warme weiland in vond mijn lichaam niet echt lekker. En ik kreeg nog honger ook. Na een gelletje en een stukje wandelen bleek dat de rest van de RRC ploeg een stukje verderop stond te wachten zodat ik weer aan kon haken. Dat loopt toch een stuk lekkerder dan helemaal alleen in je eentje.
RRC represent.
De eerste 18 kilometer brachten ons vanuit Papendal, onder het tunneltje bij Wolfheze (waar in 1944 de jeeps maar nét doorheen konden) via de bossen en heide richting Oosterbeek. Na 9 kilometer was er bij het Airborne museum in Park Hartenstein een waterpost tussen het opgestelde wapentuig. Operatie Market Garden was tactisch gezien niet de beste zet destijds en dat hebben de geallieerden geweten ook.
Park Hartenstein
Vlak na het park lette ik niet goed op en klapte mijn enkel dubbel (dubbel enkel), gelukkig heb ik behalve een dramatische looptechniek ook nog eens flexibele enkels dus ik kon gewoon verder. Al voelde ik het dit keer wel. Een paar kilometer later vroegen twee trailers voor ons zich hardop af of niet alleen vrouwen zoveel konden praten. Met het clubje RRC’ers babbelden we ons een weg door de bossen en heuveltjes. Je kan dan wel lopend herdenken, 28 kilometer onze mond houden zit er niet in.
De oude kerk in Oosterbeek heeft bij het terugtrekken over de Rijn een centrale rol
gespeeld. Tot op het allerlaatste moment hebben de Britten hier standgehouden om de evacuatie overtocht over de Rijn mogelijk te maken.
Monument bij de Oude Kerk.
Heuveltje af richting de spoorbrug bij Oosterbeek (in de verte). Een stukje verderop stond ik dus stil.
Eenmaal aangekomen bij het Airborne War Cemetery kon ik even op krachten komen, de kamelenzak bijvullen en vooral veel zoutjes eten. Ik ben sowieso geen trailer en ik vond al die heuveltjes best pittig. En als ‘asfaltloper’ bleef ik de hele tijd op mijn horloge kijken voor de tussentijd. Wat nergens op slaat natuurlijk. Maar echt ‘genieten’ zoals ik mensen af en toe hoorde zeggen kon ik niet.
Misschien niet de plek voor een selfie, maar alles met respect.
Slechts 25 geworden.
Nadat we op de begraafplaats nog een (klein) stukje verkeerd liepen werd koers gezet richting de finish aan de voet van de John Frost-brug. Het laatste stukje door een woonwijk waar we nog de nodige aanmoedigingen kregen. En toen kwam hij in zicht, de brug waar de Britten zich op stuk beten tijdens operatie Market Garden. Een medaille was onze beloning. Een stuk beter dan wat de Engelsen 75 jaar geleden te wachten stond.