Toegegeven, eigenlijk wilde ik wel een wedstrijd zien in de Philip II Arena in Skopje. De groundhop-god was me aanvankelijk gunstig gezind. FK Rabotnički speelde thuis tijdens ons bezoek aan Skopje maar die wedstrijd werd verplaatst naar een stadion ver buiten het centrum van Skopje.
Hun progressie in de voorrondes van de Europa League hield in dat er een extra wedstrijd in de Philip II Arena gespeeld zou gaan worden en de Macedonische voetbalbond wil het gras in goede conditie houden voor de interland tegen Spanje over een paar weken. Dus moest er uitgeweken worden.
Een andere club die thuis zou spelen was FK Shkupi. Een club met diepe Albanese roots (Shkupi is Albanees voor Skopje) zoals er zoveel Albanese invloeden in Macedonië zijn. De club bestaat pas sinds 2012 en is het gevolg van een fusie tussen FC Albarsa en FK Sloga Jugomagnat.
De club werd in 1927 opgericht als FK Zafer in de wijk Čair waar ook de oude Ottomaanse wijk ligt. In 1945 werd de naam op last van de communisten gewijzigd in Sloga (Macedonisch voor eenheid). De club speelde in de 4e Joegoslavische divisie en promotie daaruit was onmogelijk. De grotere clubs uit het voormalige Joegoslavië namen gewoon de betere spelers over. Op last van de regering uiteraard.
In 1989 kreeg de club van de toenmalige sponsor de toevoeging Jugomagnat en na het uiteenvallen van Joegoslavië werd de club drie keer kampioen en won het drie keer de beker. In 2012 volgde een fusie en nu heet de club dus FK Shkupi.
Het bezoeken van deze wedstrijd bleek in eerste instantie ook niet zo eenvoudig. Ik stuurde de club een berichtje via Facebook dat ik van plan was deze wedstrijd te bezoeken. Het antwoord was dat ze vanwege een straf een wedstrijd zonder publiek moesten spelen maar dat ze voor deze Nederlandse Jtour(nal)ist wel een uitzondering konden maken. Er werd gevraagd aan de Macedonische bond of ik toeschouwer mocht zijn en zo geschiedde.
Skopje (Mac.). 16 augustus 2015. FK Shkupi – FK Metalurg Skopje 0-0. Prva Liga.
De wijk waarin het stadion ligt barst van de kebabtentjes. Op een muur stond geschreven ‘ you’re now leaving Macedonia’. Ook waren er nauwelijks parasols van Skopsko-bier meer te zien die in het centrum nog wel dominant aanwezig zijn. De wijk Čair doet aan bijna niets aan Macedonie te denken.
De buitenkant van het stadion.
Vier auto’s met politie op de been om ervoor te zorgen dat er geen supporters het stadion binnen zouden gaan.
Op deze wasbak een hint naar het verleden. Sloga Jugomagnat.
Shvercerat, oftewel de smokkelaars. De bijnaam van de supporters.
Als een echte journalist meng je jezelf tussen de spelers.
De tribune bleef leeg. Op wat echte journalisten, geblesseerde spelers en clubmensen na.
Het clublogo op de muur.
Als persman, met mijn rijbewijs als bewijs, moest ik wel een apart hesje aan. Zo werkt dat. Zelfs in de Macedonische competitie.
Op een nabij gelegen gebouw begonnen de smokkelaars zich te verzamelen. Je moet je bijnaam eer aandoen.
Ze komen op het veld.
Minuut stilte.
Actie voor het doel. Op het einde van de wedstrijd kregen beide clubs een paar grote kansen. Voor de rest was het veel gebrei en aangemodder. Het niveau was niet erg hoog.
En als het hard begint te regenen doen de ultras op het dak er nog een schepje er bovenop. Met de shirts uit uiteraard. Wel handig want zo worden je kleren niet nat. Ik was blij dat ik voor deze wedstrijd gekozen had, hier was de tribune overdekt.
Iedereen schuilt in de dug-out.
In de tweede helft een paar knetterharde overtredingen en een paar gevaarlijke schoten van afstand.
Eindstand 0-0.
Ook de schrijvende pers mag naar huis.